Basisprincipes van navigeren in Windows Verkenner

Voor veel mensen is Windows Verkenner waarschijnlijk de ultieme basis. Als Windows-gebruiker kun je er eigenlijk niet omheen. Het maakt niet uit of je een brief wilt schrijven, je vakantiefoto's wilt sorteren of op het internet wilt surfen. Windows Verkenner komt altijd op de eerste plaats.

Het volgende artikel geeft daarom een aantal tips en trucs voor het werken met Windows Verkenner.


Oriëntatie- en padinformatie

Windows Verkenner is geen klassiek programma dat je moet opstarten. Het wordt automatisch gestart zodra de computer wordt opgestart. Eenmaal gestart kun je ermee navigeren door de computer en het bestandssysteem. Je kunt dan door de afzonderlijke mapniveaus gaan en bestanden selecteren, verplaatsen en kopiëren.

De volgende tips moeten je een eerste overzicht geven van waar je welke bestanden kunt vinden en hoe je naar bepaalde bestanden kunt zoeken.

De beste manier om dit te doen is door te starten in het venster “Deze pc”, dat kan worden geopend door te dubbelklikken op het pictogram “Deze pc” op het bureaublad. Er wordt een venster geopend waarin u alle schijven kunt zien die op de computer zijn aangesloten. Deze zijn zelfs in groepen verdeeld voor een beter overzicht.

De groep “Mappen” toont uw gebruikersmappen. Dus alle bestanden die specifiek aan jouw Windows-account gekoppeld zijn en daar normaal gesproken alleen toegankelijk zijn.

De groep “Apparaten en schijven” toont alle schijven die op de computer zijn aangesloten – d.w.z. harde schijven, USB-sticks. Geheugenkaarten, enz. – aan.

Netwerkstations en gekoppelde netwerkmappen worden weergegeven in de groep “Netwerkadressen”. Normaal gesproken is hier niets vooraf ingesteld. Pas nadat u bijvoorbeeld netwerkschijven heeft toegevoegd, worden deze hier weergegeven. Hoe je netwerkschijven kunt toevoegen, vind je bijvoorbeeld in het artikel RaspberryPi – Deel mappen met SMB en integreer als een netwerkschijf onder Windows beschreven.

Voor verdere oriëntatie is station “C”, d.w.z. “Lokale schijf (C:)” belangrijk. Waarbij “Lokale schijf” de naam van de schijf is. Dit kunt u vrij eenvoudig wijzigen en dient meer als een makkelijk te onthouden naam voor de gegevensdrager. “C” daarentegen lijkt meer op een duidelijk gedefinieerd adres van het gegevensmedium en is tevens de standaardnaam voor het gegevensmedium waarop de Windows-bestanden zijn geïnstalleerd.

Als je niet bewust een andere locatie hebt gekozen, worden alle gegevens die zijn gemaakt tijdens het werken op je computer hier opgeslagen.

Dubbelklik nu op de “C”-schijf om naar de hoofdmap (d.w.z. de eerste map) van de “C”-schijf te gaan.

Hier vindt u nog enkele standaardmappen.

“Gebruiker”: Bevat standaard alle gebruikersgegevens, onderverdeeld naar de respectieve gebruikers. Dit omvat alle bestanden die u opslaat in uw map “Mijn documenten” of op uw bureaublad.

“Programma's”: Bevat standaard alle programmabestanden. (Zolang dit geen 32-bit programma's zijn. Zie “Programma's (x86)”.)

“Programma's (x86)”: Deze map bestaat alleen als uw computer een 64-bit architectuur heeft (wat inmiddels bij alle redelijk moderne computers het geval is). Alle programma's die alleen de 32-bits architectuur ondersteunen, worden daar opgeslagen.

“Windows”: Bevat alle bestanden die nodig zijn voor het besturingssysteem. U mag geen bestanden in deze map zonder meer bewerken of verwijderen.


Kopiëren, knippen en plakken met het klembord

Een andere praktische functie van Windows Verkenner is dat je gemakkelijk bestanden heen en weer kunt kopiëren tussen afzonderlijke mappen of stations. Dit is een functie die vaak nodig is. Je kunt deze functie bijvoorbeeld gebruiken om je nieuwe vakantiefoto's van je geheugenkaart naar je harde schijf te kopiëren.

Om dit mogelijk te maken is het “klembord” geïntegreerd in Windows Verkenner. Het klembord is een soort universele opslagruimte waarop u elementen kunt opslaan om te kopiëren.

Als je bijvoorbeeld een tekstbestand wilt kopiëren van de ene map naar de andere, dan doe je dat zoals hieronder beschreven.

In dit voorbeeld willen we het tekstbestand “Textdocument to copy.txt” kopiëren van “Folder 1” aan de linkerkant naar “Folder 2” aan de rechterkant. Om dit te doen, moet u met de rechtermuisknop op het gewenste bestand klikken, waardoor een contextmenu wordt geopend. Hier klikt u nu op “Kopiëren”. Hierdoor wordt het bestand op het klembord gemarkeerd om te worden gekopieerd. In principe onthoudt het klembord op dit moment welk bestand in de toekomst gekopieerd moet worden zonder te weten waar het naartoe gekopieerd moet worden. Dit werkt met vrijwel alle bestanden en zelfs met individuele elementen zoals tekstmodules of afbeeldingen.
We hebben nu het tekstbestand gemarkeerd om te kopiëren. Nu moeten we alleen nog definiëren waar het gekopieerd moet worden. Schakel nu dus over naar “Map 2”, zoek een vrije ruimte op de witte achtergrond en klik hierop opnieuw met de rechtermuisknop. Er wordt opnieuw een contextmenu geopend. Klik nu op “Invoegen”. Deze klik vertelt het klembord dat u een plaats heeft gevonden waar u het eerder opgeslagen bestand wilt kopiëren.
Het tekstbestand is erg klein, dus het zal waarschijnlijk direct in het venster "Map 2" worden weergegeven. Bij grotere of meerdere bestanden kan dit kopieerproces echter langer duren. Vervolgens ziet u in een extra venster de voortgang van het kopieerproces

Een bestand verplaatsen:

Soms wil je niet alleen bestanden kopiëren, maar ze direct verplaatsen. Verplaatsen betekent dat het bestand eerst wordt gekopieerd van de oorspronkelijke locatie naar de bestemming en vervolgens wordt verwijderd op de oorspronkelijke locatie.

De procedure voor het verplaatsen van een bestand is vrijwel identiek aan de procedure voor een kopieerproces. Om dit te doen, klikt u eerst opnieuw met de rechtermuisknop op het tekstbestand. Deze keer klikt u echter op "Knippen".

Schakel nu terug naar “Map 2” (dit is de bestemming). Hier klikt u opnieuw met de rechtermuisknop op een vrij wit vlak en start u het verplaatsproces door op “Invoegen” te klikken.

Het bestand wordt dan gekopieerd zoals in het vorige kopieerproces en onmiddellijk verwijderd van de originele locatie.

Het bestand is dus verplaatst van de bronlocatie naar de bestemmingslocatie.


Maak verborgen bestanden en mappen zichtbaar

Windows Verkenner biedt ook de mogelijkheid om bestanden te verbergen. Deze bestanden worden dan niet verwijderd, maar zijn onzichtbaar voor de normale weergave in Windows Verkenner. Dit is bijvoorbeeld handig om te voorkomen dat belangrijke systeembestanden per ongeluk door de gebruiker worden verwijderd.

Soms moet je echter toegang krijgen tot juist deze verborgen bestanden. Om dit te doen, moet je ze eerst zichtbaar maken, wat hieronder wordt uitgelegd.

Open hiervoor een ander verkennervenster, bijvoorbeeld 'Deze pc'. Als er, zoals op de afbeelding, in het bovenste gedeelte geen menubalk zichtbaar is, moet deze eerst worden weergegeven. Klik hiervoor linksboven op het kleine pijltje naar beneden.
Nadat je de menubalk hebt weergegeven, kun je nu het tabblad Beeld openen. Daar kunt u de opties openen zoals afgebeeld.
Klik hiervoor op “Map en zoekopties wijzigen”.
In het venster dat nu verschijnt, ga je naar het tabblad “Bekijken”.
Blader nu omlaag naar de categorie "Verborgen bestanden en mappen". Hier selecteert u nu de optie “Verborgen bestanden, mappen en stations weergeven” en bevestigt u dit door op “OK” te klikken.

Met deze instelling worden nu alle eerder verborgen of verborgen bestanden en mappen weergegeven. Je kunt dit heel duidelijk zien in de hierboven genoemde map “Windows”. Hierin zijn meestal veel systeembestanden en -mappen verborgen. Door de instelling te wijzigen, kunt u nu alle bestanden zien.


Toon bestandsextensies

In hetzelfde menu “Mapopties” kunt u ook een andere handige functie activeren of deactiveren. Standaard worden er geen bestandstypen weergegeven in de bestandsnamen.

Eigenlijk is elke bestandsnaam gestructureerd volgens het patroon FILE NAME.FILE TYPE. Een tekstbestand met de naam FunnyText File heet daarom “GrappigText File.txt” inclusief het bestandstype. Het “.txt”-gedeelte markeert het betreffende bestand als tekstbestand.

In de standaardinstelling wordt het bestandstype echter verborgen in de volledige bestandsnaam. Dit is eigenlijk logisch, omdat het voorkomt dat het bestandstype per ongeluk wordt verwijderd.

De volgende afbeelding laat zien hoe je toch het bestandstype kunt weergeven.

Open hiervoor opnieuw de mapopties zoals in de eerder beschreven stap. Daar schakel je “Verberg extensies voor bekende bestandstypen” uit en bevestig dit door op “OK” te klikken.

Als je deze optie hebt uitgeschakeld, zie je dat elk bestand nu ook het betreffende bestandstype toont.


Veel plezier met het project

Ik hoop dat alles werkte zoals beschreven. Zo niet, of als je vragen of suggesties hebt, laat het me weten in de commentaren. Ik zal dit dan zo nodig aan het artikel toevoegen.
Ideeën voor nieuwe projecten zijn altijd welkom. 🙂

PS Veel van deze projecten - vooral de hardwareprojecten - kosten veel tijd en geld. Natuurlijk doe ik dit omdat ik het leuk vind, maar als je het cool vindt dat ik de informatie met je deel, dan zou ik blij zijn met een kleine donatie aan het koffiefonds. 🙂

Koop Me a Coffee op ko-fi.com       

Kommentar hinterlassen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Erforderliche Felder sind mit * markiert

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.